Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg

 

Artikel 17a
1
Vooruitlopend op de inwerkingtreding van een wettelijke verplichting tot gebruik van het burgerservicenummer kan bij algemene maatregel van bestuur worden bepaald dat daarbij aan te wijzen categorieën zorgaanbieders, indicatieorganen of zorgverzekeraars voor daarbij aan te wijzen vormen van zorg gedurende een daarbij aan te wijzen periode het burgerservicenummer of, bij het ontbreken daarvan, het sociaal-fiscaalnummer van een cliënt mogen gebruiken.
2
Op het gebruik van het burgerservicenummer op grond van de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, is het gestelde bij of krachtens deze wet, de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en de Zorgverzekeringswet omtrent het gebruik van het burgerservicenummer, met inbegrip van de beveiliging, de geheimhouding, het toezicht en de handhaving, alsmede omtrent het vaststellen van de identiteit en het burgerservicenummer van cliënten van toepassing met dien verstande dat:
a
ingevolge die toepassing een bevoegdheid in plaats van een verplichting ontstaat tot het gebruik van het burgerservicenummer of, bij het ontbreken daarvan, het sociaal-fiscaalnummer;
b
het gestelde omtrent het vaststellen van de identiteit en het burgerservicenummer of, bij het ontbreken daarvan, het sociaal-fiscaalnummer, slechts van toepassing is ten aanzien van cliënten waarvan dat nummer wordt gebruikt;
c
de zorgaanbieder, het indicatieorgaan en de zorgverzekeraar worden aangemerkt als gebruiker in de zin van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •